Anticiperen op corona met de regel van Pi (3,14….)

De feiten in deze coronacrisis herhalen zich. We (met de overheid in de hoofdrol) overleggen, we plannen en beslissen. En telkens weer moeten we vaststellen dat het in de operationalisering trager loopt. Telkens is er een tekort aan hulpmiddelen (chirurgische maskers, testmateriaal, neus- en mondmaskers, contacttracers,.…). Telkens blijkt het te kortdag om alles volgens het uitgestippelde tijdspad te laten verlopen. We weten best wel dat we ons op onbewandelde wegen bevinden. Het is onvoorspelbaar en onzeker waar we uiteindelijk terecht komen. Maar vooruit kijken en de tijd inplannen en mee verrekenen zou ons stukken vooruit helpen. Na de eerste coronashock is het echt tijd om te anticiperen op wat komen gaat en iets verder te kijken dan vandaag. De dynamiek op de Vlaamse arbeidsmarkt wordt er een voorbeeld van.

De eerste signaalgever is de uitzendsector met dramatische cijfermatige omzetdalingen sinds half maart. De volgende maanden laten niets beter vermoeden. Ook al hoopt een federale minister dat de tijdelijk werkloosheidsuitkeringen in mei wel zullen teruglopen. Opnieuw te kortdag kijken.

Dienstverlenende organisaties, zoals de Werkplekarchitecten, allemaal structurele partners van VDAB in hun zorg om mensen in te schakelen op die arbeidsmarkt, voelen met hun ellebogen (coronaproof) aan wat er aan het gebeuren is. Ze  vragen dat het beleid zich nu al- en liefst in samenspraak met experten en werkveld-  bezig houdt met een iets langere termijnplanning. Zo niet, dan blijven we in crisissferen ronddwalen met pleisters op een houten wonde.

De verdringing van kwetsbare groepen staat voor de deur. De coronasfeer laat vermoeden dat werkgevers alle zeilen dienen bij te zetten om allereerst hun eigen bedrijf overeind te houden. Logisch ook. Maar net zoals in het mobiliteitsdomein (met hertekening van de ruimte voor auto- en fietsstructuur)  ligt hier meteen een historische kans om van meet af aan juiste ondersteuningsmaatregelen te nemen die iedereen inclusief meeneemt. Want er dient op verschillende fronten gewerkt om maatschappelijke impact te ontwikkelen.

De angst bij de doelgroep en werknemers zelf om opnieuw te gaan werken is voelbaar. Zij hebben vandaag vertrouwen nodig in hun werkgever en hun werkplekken. Zijn deze veilig aangepast? Is er voldoende materiaal voorhanden? Zullen medewerkers veilig kunnen werken? Het wordt niet simpelweg een boodschap van de werkgever  met de melding om de tijdelijke werkloosheid te stoppen en opnieuw aan de slag te gaan. Werkgevers zullen met hun experten en preventie-adviseurs degelijk moeten communiceren om dat vertrouwen te winnen. Zeker bij doelgroepen met bijzondere ondersteuningsnoden zal extra info noodzakelijk zijn. Want de massale informatie in alle media is een berg die zij niet overzien en verwarring zaait. Wanneer daarbinnen dan nog ruis zit met tegenstrijdige boodschappen is het hek van de dam. Maar bedrijven kunnen hierin een bijzonder belangrijke rol spelen. Zij zijn het gepaste forum daarvoor!

Talent wordt  irrelevant als er niet kan worden geoefend. Al decennia investeert Vlaanderen in de arbeidsinschakeling van iedere potentieel  beroepsactieve burger. Dit activeringsbeleid dient voortgezet om te voorkomen dat we binnen enkele maanden opnieuw in een modus van arbeidsschaarste komen. Iedereen meenemen is de boodschap. En wanneer dit tijdelijk niet lukt, wordt het zaak om deze mensen op leerwerkplekken een degelijke werkervaringskans te geven. Want oefening baart kunst. Talent dient onderhouden te worden. Daarom blijven we nood hebben aan werkplekken om te leren en te werken.

Volhouden dus, beste werkgevers, met uw aanzet en inspanning naar stageformules op uw werkplekken. Het zal lonen.

Volhouden beleid om ondersteunende maatregelen te vinden om mensen te blijven activeren.

Volhouden dienstverleners om niet los te laten: niet de werkplekken, niet de werkzoekenden. Het ergste wat vandaag kan gebeuren is los gelaten te worden. Want dan moeten we helemaal vooraan beginnen en dat zal veel meer geld kosten.

Eenduidige communicatie is de drager van de exitstrategie. Het wordt zaak om nu te starten met juiste denkkaders en in een juist en haalbaar tijdpad uit te rollen.  En daar komt de pi-regel van pas: je ontwikkeltijd van concepten en maatregelen dien je te vermenigvuldigen met 3,14….(ongeveer). Dan krijg je de ideale implementatietijd  om het fatsoenlijk gerealiseerd te krijgen.

Vanaf midden maart zitten we tot 11 mei in 8 weken coronatijd. Maal pi: tegen november kunnen we op kruissnelheid zitten. Maar dan moet er nu al eens gekeken worden over de zomervakantie van 2020 heen. Met de regel van pi.

Bert Boone

Reactie toevoegen

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • E-mail- en internetadressen worden automatisch aanklikbaar.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
CAPTCHA
Deze vraag is om te testen of u een menselijke bezoeker bent en om geautomatiseerde spam te voorkomen.

Downloads